Onze school verwacht dat peuters zindelijk zijn. Het is voor je peuter zelf gewoon fijner om geen aandacht meer te hoeven geven aan de zindelijkheidstraining. Als dat vanzelf gaat, kan je hij alle aandacht geven aan het leren en spelen in de peuterklas. 

Ook de klasgenootjes profiteren mee. In een klas zonder natte broekjes kan de juf al haar aandacht geven aan het begeleiden van fijne, leerrijke activiteiten. Die worden niet voortdurend onderbroken om een vuil broekje te verwisselen. 

De ouders blijven in de eerste plaats verantwoordelijk voor de zindelijkheidstraining.  


Wanneer is een kind zindelijk?  

Een kind is zindelijk: 

  • als het de hele dag een onderbroek draagt, zelf naar het potje/toilet gaat 

en vervolgens plast of de grote boodschap doet;

  • als het maximaal één ongelukje per dag heeft.

 

Wat als je kind nog niet zindelijk is?  

Zindelijkheid en schoolrijpheid gaan vaak samen. Even wachten om te starten is het overwegen waard.  

Je kind  gaat nog een lange schooltijd tegemoet. 

Goed begonnen = veel gewonnen! 

 

Wanneer bij instap je kind niet zindelijk is, vragen we om vooraf contact op te nemen met de school.  

In samenspraak met de directie en de zorgcoördinator zal bekeken worden hoe de instap dan het best verloopt.  

 

Is je kind rijp om zindelijk te worden?  

  • Vindt je kind zijn/haar pamper vies?

  • Blijft je kind ongeveer twee uur droog?

 

Als je op beide vragen JA antwoordt, dan kan de zindelijkheidstraining beginnen! 

Is het antwoord NEE, dan raden we aan de instap en de zindelijkheidstraining uit te stellen.  

Zo voorkom je een moeilijke start in de klas. 

 

Klaar voor de instap?  

Natuurlijk weten we dat het zindelijkheidsproces niet bij elk kind even snel of vlot verloopt. 

Daarom willen we er als school graag bij helpen met dit zindelijkheid-stappenplan:

 

Stap 1

Merken we de eerste schooldagen dat je kind regelmatig nog een ongelukje heeft, dan geven we een informatiefolder mee met tien zinvolle tips die je kind kunnen helpen.

 

We wachten dan een tweetal weken af. Voor het eerst naar school gaan is erg spannend en heel wat jonge kinderen hebben daardoor opnieuw ongelukjes. Misschien bespreken we samen de mogelijkheid om je kind een halve dag naar school te laten komen.  

 

Stap 2

Als je kind na die twee weken nog altijd regelmatig een vuil broekje heeft, nodigen we je uit voor
een gesprek. We bekijken samen hoe het thuis en op school loopt en maken afspraken waar we ons beiden goed bij voelen.. 

 

Je mag ook gebruik maken van onze zindelijkheidstas:  een rugzakje met leuke materialen om je kind te ondersteunen bij het droog worden.  

We blijven bij het advies om een halve dag naar school te komen.  

 

Stap 3

Lukt het na vier weken nog niet? Dan volgt er een tweede gesprek. We bespreken samen wat niet lukt thuis en op school. We maken afspraken over een verdere aanpak. 

We starten met een beloningssysteem in de klas en geven een beloningskaart mee voor thuis.

Ook nu blijven we bij het advies om een halve dag naar school te komen.  

 

Stap 4 

Na acht weken nog steeds een probleem? In een nieuw gesprek gaan we (de ouders, de klasjuf, de zorgjuf en/of directie) op schoolniveau verder op zoek om de aanpak op school en thuis op elkaar af te stemmen.  

 

We bekijken de algemene ontwikkeling van je kind en hoe hij/zij zich in de klas gedraagt en vragen eventueel raad aan een externe (CLB).  Het advies om een halve dag naar school te komen blijft. 

 

Stap 5: 

We bespreken samen het advies van het CLB.  

Mogelijk wordt er doorverwezen naar een arts (op de leeftijd van 3,5 jaar).